Met rozerood en zonnehoed – Peter Jaspers

Met rozerood en zonnehoed – Peter Jaspers

21-10-2008

Met rozerood en zonnehoed - Peter Jaspers

De dikke Komrij bevat welgeteld 5 stuks kinderbollenpoëzie. Dat komt neer op een half procent. Ik weet niet of dat een algemene verhouding is voor de mate waarin bollenpoëzie voorkomt. Misschien is dat wel zo bij kindergedichten, maar in mindere mate bij poëzie voor volwassenen. Om dat aan de weet te komen zou je meer onderzoek moeten doen. Volgende keer ga ik op dergelijk onderzoek in. Het  gedicht van vandaag staat ook in de bloemlezing van Komrij en is gemaakt door Peter Jaspers. Maar Peter Jaspers blijkt tamelijk onbekend.  Zelfs Komrij kent hem niet, althans dat vertelde hij vorig jaar in zijn weblog. Dat vond ik wel grappig (zie hierna). Na enig speurwerk kwam ik er achter, dat het om een pseudoniem gaat. De hij is een zij, en zij heet Petronella Jaspers (1918-1964). Peter Jaspers heeft in de jaren ’50 enkele boeken geschreven, waarvan Het Elfde Gebod wellicht het bekendste was. Het boek heeft de veelzeggende ondertitel: Gij zult niet anders zijn dan anderen. Het gaat over een bekrompen dorpsgemeenschap, waarin een meisje liefde opvat voor een ander meisje. Het boek is later opnieuw uitgegeven door de feministische uitgeverij Sara. Na lang zoeken vond ik er een boekbespreking van in het COC-blad De Vriendschap van januari 1961. Daarin wordt ook kort iets over de schrijfster verteld. Ik citeer: “Peter Jaspers is de schrijfster van enkele kinderboeken, van de bekende
hoorspelenreeks over opgroeiende jeugd Annemarieke en van de bekroonde roman Waarom speel je niet, Vincent. Zij is in haar werken een onvermoeide strijdster voor begrip en tolerantie en in haar jongste boek pleit zij voor aanvaarding van de homofiele mens”. De boekbespreking eindigt als vogt: “Een boek waarvoor wij de schrijfster
dankbaar zijn en dat wij van harte aanbevelen!”

Peter Jaspers schreef ook twee gedichtenbundels. Uit de tweede (1959) hieronder het titelgedicht.

Met rozerood en zonnehoed

Het leven draagt een zonnehoed
Met alle soorten linten
In zachte, tere tinten
De kleur van hyacinthen.
En iedereen die kijkt… maar goed.
Ziet leven, lint en zonnehoed.

Het leven draagt een zonnejurk
Met hemelsblauwe knopen,
Die kun je hier niet kopen,
De kraag staat altijd open.
En iedereen die kijkt… maar gauw,
Ziet jurk en knoop en hemelsblauw.

Het leven draagt een rieten tas
Vol donkerrode rozen,
Met aandacht uitgekozen,
Ze bloeien en ze blozen.
En al wie kijkt in ieder land
Ziet rozerood en rieten mand.

Het leven draagt een kanten sjaal
Uit sterrenlicht geweven,
Door wie is om het even,
De maan heeft hem gegeven.
Als jullie kijken, allemaal,
Dan zie je kant en ster en sjaal.

Het leven heeft geen schoenen aan,
Maar luchtige sandalen,
Gemaakt uit zonnestralen,
Met maanverlichte kralen.
Wie kijkt, ziet zó het leven staan,
Met zon en roos en lichte maan.