Choses du soir – Victor Hugo
15-11-2010
Vandaag ruim baan voor een Titaan uit de Franse literatuur: de 19e eeuwse schrijver, dichter en staatsman Victor Marie Hugo (1802-1885). Zijn vader was generaal onder Napoleon, republikein en bovendien atheist. Zijn moeder daarentegen was rooms-katholiek en royalist. Vergaande meningsverschillen zorgden voor een breuk tussen beide ouders. Hugo kende dus een moeilijke jeugd, ook al door het rondreizend beroep van zijn vader.
Victor Hugo is de grote voorman van de Franse Romantiek. Hij heeft een groot oevre nagelaten, bestaande uit een tiental theaterstukken, een flink aantal dichtbundels en essays, en 9 romans. Door twee romans is hij ook hedentendage nog beroemd: Notre Dame de Paris uit 1831 (u weet wel: De klokkenluider van de Notre Dame), en Les Misérables uit 1862. Zijn sociale ideeën (zie hierna) maakten hem niet populair bij de rooms-katholieke kerk; veel van zijn werken kwamen op de lijst van verboden boeken, waaronder Les Misérables. Minder bekend is, dat hij ook een knap tekenaar was en zo’n 4000 tekeningen heeft gemaakt.
Niet alleen als auteur heeft Hugo op strijdvaardige wijze de sociale ongelijkheid en sociaal onrecht aan de kaak gesteld. Dat deed hij ook als politicus. In de veertiger jaren van de 19e eeuw was hij lid van het Franse parlement, en nam daar stelling tegen de doodstraf en voor de persvrijheid. Zijn opvattingen brachten hem in 1851 zodanig in conflict met keizer Napoleon III, dat hij met arrestatie werd bedreigd en in ballingschap ging. Pas in 1870 bij de start van de Derde Franse Republiek keerde hij terug naar Frankrijk. Interessant is het politieke denkbeeld, dat hij in zijn latere jaren uitdroeg, namelijk dat van de Verenigde Staten van Europa.
Zijn dichtkunst laat verschillende stijlen zien, van lyrisch tot episch, soms satirisch. Veel gebezigde thema’s zijn:geschiedenis, de hedendaagse wereld, de rol van de dichter, godsdienst, natuur. Recent is een Nederlandse vertaling van een aantal gedichten verschenen, gemaakt door Koen Stassijns (Uitgeverij Lannoo, 2008): De mooiste van Victor Hugo.
Hieronder een fragment van het gedicht Choses du soir uit 1877. We beperken ons hier tot de eerste drie coupletten. De laatste regel van het 3e couplet bevat een beeldende, ongewone vergelijking. Dat was immers ons thema, weet u nog?
Het is een prachtig gedicht. Het begint heel rustig en landelijk. De dichter schildert in de eerste twee coupletten, hoe de avond valt. Een koude mist, een grijze heide, koeien die naar hun drinkplaats gaan, en een verrassende heldere maan die achter donkere wolken vandaan komt. Een reiziger loopt over een bruine vlakte met voor en achter hem schaduw, in het westen is het nog helder en zie je avondrood, in het oosten schemert het en schijnt de maan.
Bijzonder is dat na elk couplet een vast refrein volgt : “Ik weet niet wanneer, ik weet niet waar, Meester Yvon blaast op zijn doedelzak”. Daarmee kondigt de dichter aan, dat er onverwachts iets te gebeuren staat.
In het derde couplet sluipt een geheimzinnige, ietwat dreigende spanning binnen. Daar zit een heks die een dikke pruillip trekt, we zien een spin die haar draad aan het dak vastmaakt, en een kabouter die glimt in het dwaallicht, zoals een gouden stamper in een tulp.
Choses du soir
Le brouillard est froid, la bruyère est grise ;
Les troupeaux de boeufs vont aux abreuvoirs ;
La lune, sortant des nuages noirs,
Semble une clarté qui vient par surprise.
Je ne sais plus quand, je ne sais plus où,
Maître Yvon soufflait dans son biniou.
Le voyageur marche et la lande est brune ;
Une ombre est derrière, une ombre est devant ;
Blancheur au couchant, lueur au levant ;
Ici crépuscule, et là clair de lune.
Je ne sais plus quand, je ne sais plus où,
Maître Yvon soufflait dans son biniou.
La sorcière assise allonge sa lippe ;
L’araignée accroche au toit son filet ;
Le lutin reluit dans le feu follet
Comme un pistil d’or dans une tulipe.
Je ne sais plus quand, je ne sais plus où,
Maître Yvon soufflait dans son biniou.