Odyssee – Homerus

Odyssee – Homerus

19-10-2010

Odyssee - Homerus

De wethouder als entertainer. Volgens sommigen zijn wethouders dat per definitie. Maar ik doel hier op mijn optreden afgelopen vrijdag tijdens de Museumnacht ter gelegenheid van 25 jaar museum De Zwarte Tulp. Ik heb daar vijf korte presentaties over bollenpoëzie gegeven; een enkele daarvan heb ik zelfs wegens groot succes 2x herhaald. Erg leuk om te doen. De voorbereidingen hebben echter zoveel tijd gekost, dat ik vorige week geen dichtlog kon maken. Dat maak ik nu dubbel en dwars goed, want er volgen meteen twee stuks bollenpoëzie.
Om deze en de komende dichtlog aaneen te rijgen kies ik weer voor een thema. Dat is een stijlfiguur, en wel om precies te zijn de beeldspraak of vergelijking. Omdat die stijlfiguur in heel wat bollenpoëzie voorkomt, kan ik daarmee voorlopig ruim vooruit.
De moeder van de vergelijking is natuurlijk de Homerische vergelijking: een omstandige, lang uitgesponnen vergelijking, vaak met de vorm “zoals (bijzin), “zo (hoofdzin). Die zien we terug in beide onderstaande fragmenten.
Kwam de oudste bollenpoëzie uit de Ilias van Homerus, de één na oudste komt uit zijn tweede epos, de Odyssee. Nadat Troje na 10 jaar belegering uiteindelijk is verwoest, gaan de Grieken terug naar huis. Zo scheept ook de Griekse held Odysseus zich in met zijn manschappen om terug te keren naar Ithaka. Zijn terugreis duurt net als de Trojaanse oorlog 10 jaar, en omvat heel wat avonturen en omzwervingen. Een groot deel van die 10 jaar wordt Odysseus vastgehouden door de  nymf Kalypso. De Odyssee zelf gaat over de laatste 41 dagen van zijn zwerftocht. Odysseus spoelt aan op het eiland van de Faeäken (boek 6), waar de schone prinses Nausikaä hem bewusteloos op het strand aantreft. Bij de Faeäken vertelt Odysseus over zijn eerdere avonturen. Vanaf boek 13 is hij terug op Ithaka, waar zijn vrouw Penélopee al die jaren de vrijers die naar haar hand dingen van zich af heeft gehouden. Odysseus houdt zich eerst schuil. Hij ontmoet zijn zoon en samen maken ze een plan om de vrijers uit te schakelen. In boek 23 zijn die vermoord, en ontmoet Odysseus voor het eerst sinds 20 jaar weer zijn vrouw.
In het eerste fragment uit boek 6 hebben Nausikaä en haar gevolg Odysseus zojuist gevonden, heeft hij zich gewassen, en de hem aangereikte schone kleren aangedaan.

Odyssee, boek 6
Zie, toen maakte Athene, de dochter van Zeus, hem groter,
Forser van aanzien en deed van zijn kruin afkrullende lokken
Golven, zoals hyacintebloemen hun klokken doen krullen.
En zoals soms een kunstvaardige man, die Pallas Athene
Onderricht gaf met Hefaestus, in allerlei soorten van kunstwerk,
Goud met zilver omgiet en bekoorlijke werken vervaardigt……..
Zó overgoot zij met gratie zijn hoofd en zijn schouders.

In regel 3 eerst een gewone vergelijking (zoals hyacintebloemen), en alle vier regels daarna een Homerische. Je ziet het ‘Gordon’- koppie voor je.
In het tweede, bijna identieke fragment uit boek 23 is Odysseus nog als bedelaar in lompen gehuld, wanneer Penélopee hem voor het eerst weer ziet. Aanvankelijk herkent ze hem niet en/of wil ze het niet geloven. Nadat Odysseus is gebaad en schoon aangekleed, volgt deze tekst:

Odyssee, boek 23
Toen overgoot Athene hem het hoofd met een schone bekoring,
Maakte hem groter en forser om aan te zien en van zijn hoofd af
Deed zij zijn krullende lokkenpracht golven, zoals hyacinthen!
En zoals ook wel een goudsmit knaphandig om zilver heen goud giet,
Die door Hefaestus en Pallas Athene in allerlei kunsten
Onderricht kreeg en heerlijke werken tot stand brengt……Zo goot ook
Zij om zijn hoofd  en zijn schouders een lieflijke glans

De twee fragmenten komen uit de Odysseevertaling van dr. A.W. Timmerman (1934).