Ursijn en Valentijn – Willem Bilderdijk

Ursijn en Valentijn – Willem Bilderdijk

16-02-2009

Ursijn en Valentijn - Willem Bilderdijk

Afgelopen zaterdag was het Valentijnsdag. Dat past heel goed bij ons thema liefde in de bollenpoëzie en sluit mooi aan bij de actualiteit. Valentijnsdag is de sterfdag van de heilige Valentinus. Deze leefde in de 3e eeuw in Rome. Hij zou in het geheim jonge stelletjes hebben getrouwd en daarom op last van de keizer zijn onthoofd op 14 februari 270. Dat wil zeggen, dit is één van de vele legenden. Bilderdijk heeft een andere verhaal uit het stof van de Franse Middeleeuwen opgediept, namelijk dat van Ursijn en Valentijn. Maar toen bestond Valentijnsdag al, zoals uit ons fragment blijkt.
Mr. Willem Bilderdijk werd geboren in 1756 in Amsterdam en overleed in 1831 in Haarlem. In 1780 ging hij rechten studeren in Leiden. Dat sloot hij na twee jaar succesvol af, en vervolgens vestigde hij zich als advocaat in Den Haag. In 1795 werd hij verbannen omdat hij weigerde om de eed van trouw aan het Bataafse régime af te leggen. Bilderdijk was ongelukkig getrouwd; zijn vrouw bleef in Holland. Tijdens zijn ballingschap ontmoette hij de veel jongere liefde van zijn verdere leven. Pas in 1806 keerde hij terug naar Holland. Hij werd leraar Nederlands van koning Lodewijk-Napoleon, en kreeg ook de opdracht om een Koninklijke bibliotheek op te richten.
Bilderdijk heeft enorm veel geschreven. En dat terwijl het schrijversschap niet eens zijn full-time baan was. Alleen zijn dichtwerk al bestaat naar schatting uit meer dan driehonderdduizend versregels, maar hij schreef ook betogen in proza, verhalen (waaronder de eerste Nederlandse science fiction roman in 1813), verhandelingen over taalkunde, filosofie, godsdienst en hij maakte vertalingen. Als cultureel figuur was hij een exponent van de achttiende eeuw én de vader van het Réveil. Bilderdijk voelde zich altijd ongelukkig en koesterde een levenslange doodswens. Hij staat bekend als het prototype van een romantisch dichter, niet in het minst door zijn melancholie. Latere generaties keken met plaatsvervangende schaamte naar zijn werk en door de Tachtigers werd hij verguisd.
Ursijn en Valentijn is een romantisch riddersprookje. Het gaat om de liefde tussen twee broers, die als baby van elkaar gescheiden raakten. De één wordt gezoogd door een berin en groeit als wildeman op in het bos. Zijn franse naam is daarom Ourson. Samen trekken de broers als dappere ridders de wereld door, tot Urzijn de Hongaarse en Valentijn de Franse troon bestijgt. In het begin van dit lange gedicht vertelt Bilderdijk hoe Valentijn wordt gevonden en aan zijn naam komt.

Urzijn en Valentijn
(fragment)

Als Floraas hand den hof schakeert
Met krokus en jasmijn,
Dan viert men in het hooge Choor
Den dag van Valentijn.

De Vorst der Franken reed dien dag
Ter vroege morgenjacht,
En rende ‘t woud van Rennes in
Met vorstelijke pracht.

Een sleep van Heeren, rijk gedoscht,
Bewaakt huns Konings spoor ;
En ‘t vrolijk daavrend veldgeschrei
Rolt bosch en dalen door.

Zij treên door ‘t dichtbewassen groen
In scheemrend twijfellicht,
En vinden in den duistren dan
Een pasgeboren wicht.

Daar lag het in een zijden doek,
Met bloemen rijk gestikt,
Omwonden van een purpren kleed,
Met zilver vastgestrikt.

Op ‘t onverwacht gezicht verbaasd,
Vliegt alles in galop,
En zoekt, en roept ; maar zoekt vergeefs
Geen moeder doet zich op.

De Koning naakt het lieve kind ;
Beschouwt het met ontzag ;
En ‘t reikt den Vorst zijn handtjens toe,
Met kinderlijken lach.

„Aanminnig knaapjen, dat mij treft,
Dus barst de Koning uit :
Gewis, gij zijt van edel bloed
Wellicht een Koningsspruit !

„Welaan ! men brenge ‘t naar mijn Hof,
Zoo zorglijk als men mag :
En doope, en noeme ‘t Valentijn,
Ter eer van dezen dag !