In een curieus gedicht geeft Albert Verweij (1865-1937) een kijkje op de bollenvelden bij Noordwijk en op de hele Bollenstreek. We hebben al eerder een gedicht van zijn hand gepresenteerd (18 december 2008). Deze bekende representant van de Tachtigers woonde in Noordwijk vanaf 1889 tot zijn dood. Zijn huis heette Villa Nova en lag in Noordwijk aan Zee. Continue reading De Toren – Albert Verweij
All posts by A. de Roon
Naar de knoppen – Jan Boerstoel
Over de bollenvelden wordt soms ook ironisch of ietwat knorrig gedaan. De dichter/tekstschrijver Jan Boerstoel (1944) is zo iemand. Op 9 december 2008 presenteerden we een weemoedig gedicht van zijn hand. Daarin haalt hij het beeld aan van het met stro bedekken van de bollenvelden in het najaar.
Jan Boerstoel schreef zijn eerste liedjes eind jaren ´60 in opdracht van de inmiddels opgeheven cabaretgroep Don Quishocking. Continue reading Naar de knoppen – Jan Boerstoel
The Song of the Tulip Fairy – Cicely Mary Barker
Onze vaderlandse bollenvelden worden ook in buitenlandse poëzie bezongen. Dat zien we in onderstaand gedichtje van Cicely Mary Barker (1895-1973). Deze Engelse illustratrice is beroemd geworden door haar tekeningen van bloemenfeeën, de Flower Fairies.
Barker leed als kind aan epilepsie en had een zwakke gezondheid. Daardoor kon ze niet naar school en kreeg ze thuis les. De kunst van het tekenen heeft ze zich geheel zelf eigen gemaakt. Toen ze 15 jaar was, verkocht ze al tekeningen die onder meer als ansichtkaarten werden gedrukt. De eerste serie van 24 illustraties (met versjes) van lentebloemenfeeën verscheen in boekvorm in 1923. Ze kreeg er 25 Engels pond voor. Er zouden nog 7 series Flower Fairies volgen. Continue reading The Song of the Tulip Fairy – Cicely Mary Barker
Tulpen – Jan Prins
We vervolgen het thema ´bollenvelden´met een gedicht van Jan Prins (1876-1948). Dat is het pseudoniem van Christiaan Louis Schepp. Hij volgde het gymnasium in Rotterdam en de opleiding tot marine-officier in Den Helder. Het ligt in de rede dat hij in dienst was bij de Marine. In die tijd maakte hij verscheidene dienstreizen naar Nederlands Indië. In 1925 werd hij om gezondheidsredenen afgekeurd. Continue reading Tulpen – Jan Prins
Bloemenlanden – Hélène Swarth
Misschien vroeg u zich al af met welk thema we ons bezighouden. Welnu, sinds de hervatting van dit dichtlog zijn we doende met het thema ´bollenvelden´. En dat zetten we voort met een gedicht van Hélène Swarth (1859- 1941). Deze vrij onbekende dichteres werd geboren in Amsterdam als jongste van negen kinderen, en ze overleed in Velp. Haar jongere jaren bracht ze grotendeels door in Brussel en Mechelen. Continue reading Bloemenlanden – Hélène Swarth
Zwevend op winden waait de zee door ‘t duin – J.A. dèr Mouw
Het laatste deel van dit drieluik over Johan Andreas dèr Mouw gaat over zijn betekenis voor de Nederlandse literatuur. Zijn poëzie doet in sommige opzichten denken aan de Tachtigers, maar is pas vanaf 1918 gepubliceerd. Gerrit Komrij nam hem op in zijn standaardwerk `De Nederlandse poëzie van de 19e en 20e eeuw in duizend en enige gedichten´. Volgens Komrij behoren Jacob Israël de Haan en J.A. dèr Mouw tot “de grootste dichters van hun periode, duizend maal groter en interessanter dan P.C. Boutens en Willem Kloos”. Continue reading Zwevend op winden waait de zee door ‘t duin – J.A. dèr Mouw
Tulpen – J.A. dèr Mouw
We gaan verder met Johan Andreas dèr Mouw. Dat is het tweede in een serie van drie, verklap ik alvast. Zoals beloofd, gaan we nu in op het (filosofisch) denken van deze erudiete dichter. Want dat is de voedingsbodem voor zijn poëzie.
In zijn Haagse tijd genoot Dèr Mouw enige erkenning in de Nederlandse filosofenwereld. Continue reading Tulpen – J.A. dèr Mouw
Gemakklijk lig ik in mijn leuningstoel – J.A. dèr Mouw
We zijn er weer. Na een pauze van zo´n vier maanden pakken we de draad weer op. Deze tweede reeks bollenpoëzie starten we met een –ten onrechte- weinig bekende dichter, namelijk Johan Andreas dèr Mouw. Hij leefde van 1863 tot 1919, werd geboren in Westervoort (bij Arnhem) en overleed in Den Haag. Het is een heel bijzonder persoon met een interessante levensloop en intrigerende opvattingen. Continue reading Gemakklijk lig ik in mijn leuningstoel – J.A. dèr Mouw
Bloedige Sweet – Jacobus Revius
Ons derde en laatste Paasgedicht is serieus en indrukwekkend. Het komt uit ´Over-ysselsche Sangen en Dichten’ uit 1630, en die bundel wordt tot het hoogtepunt van de Nederlandse barok gerekend. De kenner weet dan dat de dichter Jacobus Revius (1586-1658) is. Deze Jacob Reefsen werd geboren in Deventer, studeerde theologie in Leiden en in Franeker (waar destijds een universiteit gevestigd was). Van 1614 tot 1641 was hij calvinistisch predikant in zijn geboortestad. Continue reading Bloedige Sweet – Jacobus Revius
Slachters-Paas – Jac. van Hattum
Ons tweede Paasgedicht geeft aanleiding tot enkele kanttekeningen bij de heidense elementen in de Paasviering. Het is van Jac. van Hattum (1900-1981), homosexueel en onderwijzer. Jacobus van Hattum, roepnaam Jaap, is vanwege zijn geaardheid altijd bang geweest als onderwijzer zijn baantje te verliezen. Niet alleen in de jaren dertig maar ook daarna. Continue reading Slachters-Paas – Jac. van Hattum