Bestuurlijke bijziendheid in de Bollenstreek

07-10-2010

Niet om het een of ander, en zeker niet vanwege een openbare aanleiding, maar laat ik het eens hebben over de bestuurlijke samenwerking in onze Bollenstreek. Sinds jaar en dag slagen de gemeenten in de Bollenstreek er met het grootste gemak in om zich vooral te gedragen als een tamelijk losse verzameling van dorpen die min of meer toevallig in elkaar geografische nabijheid verkeren. De buitenwacht -nationaal en internationaal- ziet de Bollenstreek al lang als een vanzelfsprekende eenheid die een grote samenhang bezit in landschappelijk, historisch, economisch  en sociaal-cultureel opzicht. De Bollenstreekgemeenten en hun bestuurders geven er echter weinig blijk van een dergelijk inzicht te delen. Zij lijken vooral geneigd de onderlinge verschillen te accentueren en de eigen (deel)belangen voorop te stellen. Je zou kunnen zeggen, dat hier sprake is van bestuurlijke bijziendheid. Het grotere geheel, de grote samenhang is er wel, maar omdat ze er zo dicht bovenop zitten, omdat het zo vanzelfsprekend is, zien ze het zelf niet (meer), en kunnen ze het zelf niet goed benoemen.
Die bestuurlijke bijziendheid verklaart wellicht, waarom discussies over samenwerking in onze Bollenstreek meteen verzanden in onenigheid over de vorm, over de wijze waarop die samenwerking moet/kan worden georganiseerd. Dat geldt al bij eenvoudige operationele vraagstukken, als het om louter uitvoeringsaangelegenheden gaat. Laat staan bij kwesties van grotere importantie. Dan komt al gauw als doodslaander van een argument het schrikbeeld van een theoretisch mogelijke fusie op tafel.
Vanuit sociaal-psychologisch perspektief is hier sprake van een interessant fenomeen, al is het wel merkwaardig groepsgedrag. Van optimale uitkomsten kan geen sprake zijn, sterker nog, er zit eerder een zelf-destructieve kant aan.  Ook de speltheorie biedt hierbij verhelderende inzichten. Denk aan het bekende Prisoner’s Dilemma Game, of voor de fijnproevers ook het Chicken Game. Het lijkt soms alsof de bijziende bestuurders in zo’n spel gevangen zitten. Maar laat ik niet intellectueel afdwalen. Wat ik bedoel is dit. Rationeel en van een afstand bezien is er alles voor te zeggen om in de Bollenstreek de gezamenlijke belangen nadrukkelijk te onderkennen en voorop te stellen. Kiezen voor gezamenlijk belang biedt voor de afzonderlijke gemeenten per saldo (zeker op termijn) de beste uitkomsten. Maar de gemeenten in de Bollenstreek zijn tot nu toe er nog nauwelijks toe gekomen om die gezamenlijke belangen zelfs maar eens op een rij te zetten! Zodra over gezamenlijke belangen gesproken wordt, treden onmiddellijk bijziendheidsreflexen in werking. Reserves en voorbehouden klinken alom. De ene bestuurder graaft zijn bekende schuttersput nog eens een spa dieper, een andere flirt liever vooral ook met andere partijen, en nog een ander kan het allemaal niet goed overzien, etc.  Onmiddellijk toegegeven, niet alle bestuurders reageren zo. Maar de remmers en de zwijgers zetten wel de toon, ontnemen anderen de lust, en beperken voor een ieder het blikveld en het denkraam.
Toch moet deze streek juist in het belang van onze inwoners en onze ondernemers de stap zetten naar de moderne (reali)tijd. Ook in de Bollenstreek wordt van bestuurders visie, durf en leiderschap gevraagd, en het vermogen boven zichzelf uit te stijgen en verder te kijken dan de bijziende neus lang is. Het wordt hoog tijd voor een gezamenlijke strategische agenda, waarin de belangen van de streek vooropstaan. Samen staan we sterk en het geheel is meer dan de som der delen. Dit is geen pleidooi voor een fusie van de Bollenstreekgemeenten. Want de vorm is in feite irrelevant. Dogmatische discussies vooraf, van welke soort dan ook, leiden af en leiden tot niets. Wanneer er een gedeelde strategische agenda is, volgt daaruit vanzelf op welke wijze je die het beste kunt uitvoeren. En zonder een gedeelde strategische agenda valt er weinig gezamenlijk uit te voeren, dat echt van wezenlijk belang is. Het aardige van het kiezen voor gezamenlijke belangen is, dat iedere gemeente afzonderlijk daarvan uiteindelijk het meeste profijt heeft. Een klassieke paradox en een oude (Chinese) wijsheid.

P.S. Overigens,waarom laten de ondernemers zo weinig van zich horen over de streekbelangen?

P.P.S. Voor ik het vergeet, geen misverstand, wie de schoen past etc.